![]() |
![]() ![]() ![]() |
Blaka tingifowru of zwarte gier: het is een grote zwarte vogel, met een kale zwarte kop. Je vindt hem langs de kust op de modder, in de mangroves, bij kuddes koeien, maar vaker zie hem natuurlijk als hij dicht bij mensen is, zoals op grote vuilnishopen . Hij eet ook graag van kokosnotenafval. Soms zie je bij regenachtig weer er een hele groep hoog in de lucht cirkelen. Ze lopen een beetje huppelend en hebben een aanloop nodig om van de grond te komen. Het schijnt dat ze een kadaver al van ver kunnen ruiken. Ze letten op elkaar, als een wat vindt komen ze van verre en duiken met grote snelheid naar beneden om ook mee te eten. Ze eten dan heel gulzig en na afloop zag ik ze vaak met elkaar op een dak gaan zitten rusten. Hun vleugels houden ze soms uitgespreid in de zon om ze te laten drogen. Ze heten niet voor niets tingifowroe en door hun stank en omdat ze kadavers eten, worden ze zelf niet gegeten. Opete is een naam van een God bij de bosnegers en de gier die dient als zijn vervoermiddel, wordt ook wel opete genoemd. Omdat de vogel zo belangrijk is bij de bosnegers, heeft hij nog veel meer namen. De foto's zijn gemaakt door in volgorde: Dennis Binda (2x) in 2008 en Stephan Ferrier april 2009. Dan een foto gemaakt door Carla Out van vogels die vis eten bij Galibi en een van J.H. Ribot (in Paramaribo) en van Dominiek Plouvier in mei 2007 van gieren rond een carcas van de grootste zeeschildpad. Jean-Louis Rousselle maakte de foto op Nieuw Amsterdam in november 2013. Francita Rijhiner maakte een mooie serie van de paringsdans van een stel Zwarte Gieren in september 2011 in Suriname. De foto's zijn alle gemaakt in Suriname. De grootste groep die ik heb gezien: 200 bij Galibi 1982 ( Ribot), maar meer dan 100 is heel normaal. Dominiek Plouvier maakte de video. |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Zwarte Gier, Blaka-ede Tingifowru © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 1078 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |