Shiny Cowbird (Molothrus bonariensis) |
Putter of galnskoevogel: Het mannetje is zwart met een purperen glans. Het vrouwtje is grijsbruin, zoals te zien op de tweede en derde foto. Ze komen in het hele kustgebied van Suriname voor, van de parwa tot in de tuinen. Daar zoeken ze naar insekten. Maar het vrouwtje zie je soms ook naar wat anders zoeken. De putter broedt namelijk niet zelf haar eieren uit. Dat laat ze door allerlei andere kleinere vogels doen, zoals gadotjo en katoenfowroe. Maar soms ook door de grietjebie. Die vogels krijgen er dan in hun nest een ei bij en omdat de putterjongen snel groeien, krijgen zij al het voedsel en vliegen als enige uit. In de stad is het vooral de gadotjo die putterjongen grootbrengt. Je kunt dan ook puttervrouwtjes zien rondkijken bij gebouwen waar ze nesten van gadotjo's zoeken. De gadotjo broedt vaak dicht bij mensen maar de putter is aardig brutaal en met een beetje geluk kun je een puttervrouwtje een gebouw zien binnenvliegen. Als resultaat zie je van die dikke,eerst nog pluizige, putterjongen gevoed worden door zo'n kleinere gadotjo, zelfs in open gebouwen. De bovenste foto's van een mannetje, twee vrouwtjes en een jonge vogel zijn gemaakt door Leo Olmtak in zijn tuin in Paramaribo, Jean-Louis Rousselle zag de Putter op Nieuw Amsterdam in november 2013, de gadotjo met putterjong was opgemerkt door KD Dijkstra in Paramaribo. Dominiek Plouvier maakte de eerste video van een roepende putter / glanskoevogel. Dick Lock zag een jonge vogel bedelen om gevoerd te worden door een gadotjo en maakte de tweede video. |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Glanskoevogel, Putter © ; | Video opname van een Glanskoevogel, Putter © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 326 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The 68 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |