Plumbeous Kite (Ictinia plumbea) |
Donkergrijze wouw: Een roofvogel waarvan er soms groepen tegelijk te zien zijn in Suriname, vooral in een beetje open terrein in de savannegordel. Dominiek Plouvier schrijft: " Gisteravond terug aan het rijden van Overbridge en over de weg een 20 tal plumbeous kites aan het insekten aan het vangen net zoals boomvalkjes libellen vangen in Europa. Maar dan 20 stuks. De insekten waren grote sluipwesp-achtige beesten met roestige vleugels, zeker 3 cm groot, en masse opstijgend naar de hoogte, een beetje zoals julikevers dat doen in Frankrijk bij een zwoele zomer. Er komen ook nog 2 bat falcons en talloze oropendulas bij en 4 toekans (met die blauwe neus en rode stuit). Wat een spektakel, wij der middenin. De toekans waren iets schuwer, dus ik heb niet echt gezien of ze die insekten aten, maar ik denk het wel." De eerste foto is gemaakt door Foek Chin Joe in Suriname in 2005, de tweede door Dennis Binda ook in Suriname maar in 2008. Dominiek Plouvier maakte een video van een jonge Wouw in Commewijne die een vogel eet in plaats van wat zijn hoofdvoedsel is volgens Haverschmidt: insecten. De lange vleugels van deze soorten steken uit over de staart en zijn maar net zichtbaar in deze video. En Dominiek maakte de tweede van een wouw op zijn nest. |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Donkergrijze wouw, Gresi aka © ; | Video opname van een Donkergrijze wouw, Gresi aka © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 577 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The 15 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |