Little Blue Heron (Egretta caerulea) |
Blaw Sabaku / Kleine blauwe reiger: Deze reiger broedt in kolonies langs de kust en nestelt in bomen. In de stad is er een kolonie samen met andere reigers bij het Sommelsdijk gemaal langs de Suriname rivier. De jongen van deze reiger zijn wit. Ze lijken wat op zilverreigers maar hebben geen gele poten en geen geel bij de snavel. De eerste foto van een vogel op zijn nest werd gemaakt door Foek Chin Joe in 2005, dan een foto door Carla Out in Suriname in 2006 en Cheryll Tjon op Weg naar Zee in december 2009 en een vliegende jonge vogel door Pieter Verheij in begin 2007 in Suriname. Jean-Louis Rousselle maakte een foto in Paramaribo van vogels op hun nest in juni 2013. Dan twee door Arie Spaans, ook van vogels op hun nest bij de Coppenamemonding en één door Ribot van een jong dat blauw aan het worden is, gemaakt bij de pier van Torarica. Paul van Giersbergen zag een vissende kleine blauwe reiger bij Nieuw Amsterdam in september 2014. Eke van Batenburg zag de twee gelijkende soorten, de jonge kleine blauwe en de Amerikaanse witte reiger tesamen. Je kunt het verschil in de kleur van de tenen en aan de basis van de snavel zien. Ook werd een jongere vogel gefotografeerd door Alexandre Renaudier bij Mana in Frans Guiana in de rijstvelden aldaar. Dominiek Plouvier maakte de video van een lopende Blaw Sabaku. |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Kleine Blauwe Reiger, Blaw sabaku © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 651 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The 21 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |