Chestnut-bellied Seedeater / Roodbuik dikbekje, Blawbaka rowti

Chestnut-bellied Seedeater (Sporophila castaneiventris)

Foto's (klik er op om te vergroten)
© Foek Chin Joe	© Armida Madngisa nature guide	© N. Takano
© N. Takano	© Jan Hein Ribot	© Jan Hein Ribot
© Jan Hein Ribot	© Armida Madngisa nature guide	Guyana © Carla Out

Foto van een Blawbaka Rowti gemaakt door Foek Chin Joe bij Afobaka in december 2009. Hij is te onderscheden van de gewone Rowti door veel minder rood op zijn buik en geen roodbruin op zijn stuit. Hij komt minder voor dan deze gewone rowti (rotie), vooral in onbebouwd land in nat gras. Vroeger zag je hem vaak rondom de stad, nu veel minder omdat het een geliefde zangvogel is en dus vaak gevangen wordt. Nu moet je verder van de stad zoeken om hem te horen of te zien bv op de Raleigh vallen. Dan een mannetje gezien door Armida madngisa op het Kabalebo resort in december 2013 en nog een mannetje (met weinig rood lager op zijn buik) en een vrouwtje gefotografeerd door N. Takano bij Overbridge in augustus 2004. Het vrouwtje lijkt in het veld sprekend op het vrouwtje van de rowti, vooral groen-geel, ik hoop dat deze de juiste naam heeft gekregen. Dan nog een mannetje (erg blauw op de foto) gefotografeerd door Carla Out in Guyana in september 2006. Armida Madgnisa zag de vogel tussen geelbuik dikbekjes (yellow-bellied seedeaters).

Verspreiding

Elk klein vierkant stelt minstens één waargenomen vogel voor of een groep, grotere vierkanten minstens vier verschillende dagen met waarnemingen en de grootste vierkanten minstens tien. De kleur geeft aan: blauw voor de kustvlakte, geel voor savanne en rood voor het oerwoud.
Niet alle plaatsen in Suriname worden even goed bezocht door vogelaars, dus de verdeling van de vierkanten geeft een indicatie van de plaats van de vogels, maar ook van de vogelaars. Op sommige plaatsen in het zuiden zijn geen observaties van vogels, door ervaren vogelaars, binnen een straal van 60 kilometer.

Voorkomen in diverse zones
kustvlakte (blauwe stippen op de kaart) :
noordelijke savanna (gele stippen (in het noorden)) :
regenwoud onder 400 m (rode stippen) :
regenwoud boven 400 m (rode stippen) :
Sipaliwini savanna (gele stippen (in het zuiden)) :
Blanco als de vogel niet overtuigend is aangetoond in die zone. Data geïnterpreteeerd door Arie Spaans, Otte Ottema en Jan Hein Ribot.

Namen
Wetenschappelijke naam:	Sporophila castaneiventris
Orde:	Passeriformes
Familie:	Thraupidae, 56 in Suriname
Nederlands:	Roodbuik dikbekje, Blawbaka rowti
Engels:	Chestnut-bellied Seedeater
Sranan ('Surinaams'):	Blawbaka rowti
Guyana:
Papiamento:
Spaans (Venezuela):	Espiguero Vientrocasta?o
Portugees (Brazilië):	Caboclinho-de-faixa
Arowaks:
Carib:
Frans:	Sporophile à ventre chatain

Verdeling van waarnemingen over het jaar	Waarnemingen van broeden over het jaar

The 201 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced.	The 2 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs.

Verdeling van waarnemingen over het jaar

Waarnemingen van broeden over het jaar

The 201 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced.

The 2 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest.

Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences.
The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs.

Laatste update: september 2024 door Jan Hein Ribot. Commentaar of fotos naar: jhribot ( residing at ) gmail (point!) com.
observations can be uploaded to suriname.observation.org or ebird.org ).