![]() |
![]() ![]() ![]() |
Slechtvalken zijn bekend vanwege de hoge snelheid waarmee ze kunnen duiken op hun prooi, gemakkelijk boven de 200 km/uur. Ze vliegen hoog boven hun prooi en vouwen dan hun vleugels tegen het lichaam zodat ze zich op de prooi kunnen storten. Op het laatste moment verminderen ze wat snelheid en sturen bij, maar ze grijpen de vogel of vleermuis met grote snelheid en doorboren ze met hun klauwen. Je kunt ze bijna overal ter wereld tegenkomen. In Suriname zie je ze vleermuizen en allerlei vogels eten, de duiven zijn in de stad een geliefde prooi. Toen ik in Suriname woonde zaten ze bijna elk jaar wel eens op de hoge masten van Telesur bij de cultuurtuin en die in de stad, als uitkijkpost voor hun jacht op vogels en vleermuizen. Tegenwoordig zijn ze er vaker, soms zitten er in de 'winter' (november tot maart) op meerdere hoge masten één, alleen al in Paramaribo. Dominiek Plouvier schrijft me: "... het was machtig om ze om 18u30 tot 18u45 vleermuizen te zien vangen die dan net bij de schemering uit de mahoniebomen vertrokken. Ze vertrokken, pakten eentje en gingen weer op de mast. Dan dwarrelden de vleermuisvleugels tot bij onze voeten. Eventjes later weer weg en hop. In een kwartier hadden ze voedsel voor een hele dag." en ook: " Ik zat zaterdag op mijn terras in residence Inn in Nickerie en op de toren zat een prachtig adult wijfje slechtvalk. Rond 18h30 bgonnen de vleermuisjes uit te vliegen uit de bomen, en ze werd alert. In 10 minuten, ik zweer het, had ze er 4 te pakken en opgepeuzeld. Pas wanneer het echt donker werd hield ze op." Ook heeft hij wel eens langs de kust van Coronie een slechtvalk een kleine steltloper zien afpakken van een iets kleinere valk de Aplomada valk. Het aantal slechtvalken dat jaarlijks gerapporteerd wordt vanuit Suriname lijkt na een dip tussen 1975 en 1995 weer toe te nemen. Ik heb gerapporteerde waarnemingen tussen 1950 en 1975 van gemiddeld meer dan 1 per jaar, na 1975 tot 1995 veel minder dan 1 per jaar en sinds 2000 meer dan 7 per jaar. Nu is het aantal waarnemers al die jaren ook sterk gewisseld, bijvoorbeeld tussen 1985 en 1992 waren er door de moeilijke tijden ook niet veel 'vogelaars'. Maar door de goede bescherming van de vogels in Noord-Amerika is het aantal daar weer aan het toenemen en het lijkt er op dat ze daardoor weer vaker in Suriname te zien zijn. De eerste foto is gemaakt door Foek Chin Joe in Ma Retraite van een vogel in een zendmast zo te zien (daar zitten ze vaak in). Dan een foto van Carl Beel, gemaakt in Bigi Pan in februari 2013. De derde foto is genomen door Erik Toorman in Paramaribo in maart 2013. Deze vogel werd gedetermineerd als een nieuwe ondersoort voor Surname, namelijk Falco peregrinus anatum, een vogel die zeldzaam werd door het gebruik van bepaalde pesticiden in Noord-Amerika. De andere vogels zijn Falco peregrinus tundrius. De volgende foto is van Ricardo van Dijk, die een slechtvalk met dode vogelprooi zag langs de commewijne in februari 2009. Dominiek Plouvier maakte een video van een slechtvalk in Commewijne. |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Slechtvalk © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 285 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |