![]() |
![]() ![]() ![]() |
Foto's (klik er op om te vergroten) | ||
---|---|---|
![]() © Leo Olmtak | ![]() © Leo Olmtak | ![]() © Ricardo van Dijk |
![]() © Jean-Louis Rousselle | ![]() © Carla Out | ![]() © Paul van Giersbergen |
![]() Frans Guyana © Michel Giraud-Audine |
Kronto Grikibi: Een veel voorkomende vogel met een grijs hoofd, witte keel, bruine vleugels, een gele buik en een krachtige snavel. Hij heeft ook nog een oranje plekje boven op zijn hoofd, maar dat is meestal niet goed te zien. Je vindt deze grietjebiesoort in open landschap met bomen. Daarin zie je hem een tijdje stil zitten (vaak in palmen, vandaar hun eerste naam) om dan op te vliegen om voorbijkomende insekten te vangen. Omdat ze lang stil zitten en een grijs hoofd hebben, heten ze ook tontolie: 'oude vrouw zonder tanden' (Penard, 1910). Hij is net zo aggressief als de gewone grietjebie en jaagt ook achter grote vogels aan zoals bv. de Tingifowru Aka en Weti Aka. De foto's zijn gemaakt door: Leo Olmtak in zijn tuin in Paramaribo in november 2008 en door Ricardo van Dijk bij de Voltzberg in februari 2009. Jean-Louis Rousselle nam de foto in Commewijne de volgende zijn van Carla Out, een Kronto Gietjebie achter een Tingifowru Aka aan en door Michel Giraud-Audine in juni 2013 in Frans Guyana bij Wayabo, jagend op een Weti Aka. Paul van Giersbergen fotografeerde een Kronto Grikibi op Leonsberg in september 2014. Dominiek Plouvier maakte de video |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Tropische Koningstiran, Krontogrikibi © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 1390 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The 51 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |